Een Heilig Jaar is bij uitstek een pelgrimsjaar. Dan gaan gelovigen naar Rome, naar de graven van de apostelen Petrus en Paulus. In de vier grote basilieken is dan een Heilige Deur open. Het voelt alsof de hele stad je uitnodigt om binnen te gaan, te bidden en je geloof te vernieuwen.
Op maandag 3 november vertrokken we met twee bussen uit Wognum en Ursem. Meer dan tachtig West-Friezen, vol verwachting en een beetje zenuwachtig. In Rome sloten we aan bij de groep van het bisdom Haarlem-Amsterdam, in totaal ongeveer 162 pelgrims. Vanaf het eerste moment voelden we ons één familie op weg. Elke dag bracht fijne verrassingen, precies zoals een pelgrimage hoort te zijn.
We begonnen in het oude Rome. Tussen de resten van het Romeinse rijk dachten we na over hoe het geloof hier wortel schoot door Petrus en Paulus en zo het Westen bereikte. De stad zelf straalde: de Trevifontein glinsterde, de Spaanse Trappen bruisten van leven en op de Piazza del Popolo genoten we van de sfeer. Rome is één groot openluchtmuseum; je blijft je verwonderen.
Een moment dat ons diep raakte was de viering in de Friezenkerk, vlak bij de Sint-Pieter. We stonden er met de hele bisdomgroep en vierden de eucharistie met onze bisschop. De samenzang klonk warm en stevig. Alles wat we zagen was mooi, maar juist het samen bidden en zingen, in de vieringen en zelfs tijdens het wandelen, was het kloppend hart van de reis. Je voelde echt de verbondenheid.
Op woensdag waren we bij de pauselijke audiëntie, samen met meer dan zestigduizend pelgrims uit de hele wereld. West-Friesland liet zich zien: we gaven paus Leo echte West-Friese kaas. Hij zwaaide, glimlachte en zei vriendelijk: “Bedankt voor de kaas.”
We bezochten de grote basilieken, gingen biddend door de Heilige Deuren en namen overal tijd voor stilte en ontmoeting. We brandden kaarsen en droegen de intenties van thuis met ons mee.
Tussen de vieringen door zwierven we door de stad. We stonden stil bij het Colosseum, liepen over pleinen, ontdekten kleine kerken en smalle steegjes. En ja, we proefden Rome: pizza, pasta, cappuccino en gelato. Het leven smaakte goed en de gesprekken aan tafel waren warm en open.
Zondag keerden we terug naar West-Friesland. Lichamelijk moe, maar van binnen vol nieuwe moed. Wat blijft, is dankbaarheid. We hebben gelachen, gezongen, gebeden en elkaar beter leren kennen. Onze band als gemeenschap is sterker geworden, en we voelen nog steeds dat God met ons meeging, stap voor stap door de stad van de apostelen. Een week om te koesteren, een bedevaart die je niet snel vergeet. En nu? Nu dragen we een beetje van die Romeinse zon mee naar huis.
Hartelijke groeten, pastoor Alvaro